[Previous entry: "6. L’avancement de recherche"] [Next entry: "8. Les merveilles de Banfora"]
12/16/2007: "7. Comme un étalon"
Alles over Burkinees voetbal. Klik op ‘link’ om de hele tekst te lezen.
Mijn oprecht ongemeende excuses voor de lezers die niet veel van doen hebben met de allermooiste sport op aarde; dit verhaal is een uitgebreide lofzang aan het Afrikaanse voetbal. Vooral in het stof van de richels op straat blijft het spelletje namelijk fabuleus. Een sfeerimpressie:
11-12 2007 / 17:00 uur: Korsimoro terrain de football.
Gespierde, diepzwarte torso’s glimmend van het zweet in het licht van de ondergaande zon. Onvoorstelbaar technische balbehandeling door dansende, dierlijk aandoende silhouetten. Daarbij de diepe, opzwepende Afrikaanse kreten galmend over een rode, stoffige zandvlakte waar geen enkel grassprietje meer te vinden is. Het is een imponerende voorstelling die ik al weken ‘s avonds in Korsimoro aan de zijlijn sta te bewonderen. Deelname van mijn kant aan deze dagelijkse serieuze pot voetbal is vooralsnog uitgebleven. Dit vanwege het voormalige risico op een uiterst genante diarree-aanval, maar ook vanwege de zenuwen die toch wel een beetje meespelen. Vanavond komt daar verandering in!
In mijn eerste week in Korsimoro heb ik wel al een balletje getrapt met de kinderen. Die speelden rustig ‘rondootje’ op blote voeten en dat was voor mij een veilig begin. Met hen wilde ik niet op schoenen voetballen. Dat vond ik veel te ‘nasara-achtig’, maar mijn blote voeten hadden eronder te lijden. De lokale baltovenaartjes hadden daar geen last van en dolden me lachend van alle kanten terwijl ik rondhuppelde als een paranoïde springbokje op hete kolen. ‘Nasara moet oppassen niet de dorpsclown te worden’, aldus Nathan destijds.
Die ervaring belooft niet veel goeds en aldus ben ik vanavond een beetje huiverig, want zoals gezegd; de echte pot in Korsimoro is een ander verhaal. De diarree is inmiddels helemaal uitgebannen en bovendien wordt er gewoon op schoenen gespeeld, dus er bestaat geen excuus meer. Allez nasara. Met Siaka stap ik het veld op.
Onderscheid tussen de teams wordt gemaakt door het al dan niet dragen van een shirt. Ik word tot mijn genoegen ingedeeld bij de shirts. Siaka bij de tegenpartij en aldus dient hij zich van zijn shirt te ontdoen. Dat is jammer, want om het geheel nog wat meer elan te geven was hij van plan te spelen als godenzoon; Siaka’s verjaardag heeft mij namelijk de uitgelezen mogelijkheid geboden hem door middel van een passend cadeautje van het dragen van Duitse voetbalshirts te weerhouden. Het witte maillot met de onmiskenbare dikke verticale rode streep staat hem uitstekend. En Siaka is het daar zowaar mee eens.
Ook is er voor arbitrage gezorgd. Een dikkertje met een Arsenal shirt gebaart de Hollandse nasara de aftrap te nemen en blaast uit alle macht op z’n fluit: we zijn begonnen.
Na de aftrap is het meteen chaos. Stofwolken overal. Ik ben nu al kwijt wie er wel of niet een shirt draagt, welk team de bal bezit en waar de goals zich überhaupt bevinden. Lichte paniek. Al die Afrikanen lijken ook zo op elkaar. Ah! Daar is de bal. Een lange Burkinabè met shirt maakt een enorme rush langs de zijlijn, maar loopt zich vast. Terugspelen is een optie; ik sta vrij op zo’n vijf meter afstand, maar ik verzuim mezelf in het Frans aan te bieden en de bal belandt bij de tegenpartij. Het positiespel in ons team is nog ver te zoeken en de tegenstander krijgt een opgelegde mogelijkheid tot het uitvoeren van een klassieke counter. Afgezien van de goalkeeper ben ik de enige die een beetje is achtergebleven en zonder verder na te denken spurt ik achter een ontsnapt mannetje met blote bast aan. Maar hij is rapper dan ik, veel rapper zelfs en stevent aldus in de eerste minuut al recht op de goal af! Doelpunt is onvermijdelijk.
Lekker beginnetje voor nasara, het is echt wel even wennen hier. Die Afrikanen zijn ook zo atletisch allemaal. Zo is gebleken namelijk; de afgelopen dagen stonden in het teken van de fysieke krachtmeting Pays Bas (ik) vs. Burkina Faso (Siaka). Als eerste op het programma stond de 100 meter sprint. Atletiek, dat is natuurlijk het terrein van de Afrikanen en zodoende was ik behoorlijk nerveus. M’n start was goed, maar na zo’n 50 meter begon ik mijn voorsprong te verliezen. In de laatste 10 meter kwam Siaka langszij en de ‘humain enregistrement de fotofinish’ door Nathan wijst uit dat Siaka met enkele centimeters verschil van mij gewonnen heeft. Godverdomme! Dat viel behoorlijk tegen. 400 metertje? Daar ben ik beter in, maar dat durfde die laffe hond van een Siaka natuurlijk niet. Over het handje drukken laat ik mij liever niet uit. Ook word ik er regelmatig uitgezopen. Maar in het zwembad maakte Siaka geen schijn van kans en kon ik alle punten pakken. Volgens Siaka was het water te koud en had ik daar te veel voordeel bij. Slap gelul natuurlijk, Afrikanen zijn gewoon erbarmelijk als het gaat om zwemwedstrijdjes. Of ik echt trots mag zijn op de uitkomst van die krachtmeting is echter de vraag. Siaka’s laatste trainingsbaantjes dateerden uit 1997...
Terug naar de voetbalwedstrijd. 1-0 achter. Siaka 1-0 voor dus en dat kan natuurlijk niet! Voor de tweede keer in 1 minuut tijd neem ik de aftrap. In de wetenschap dat die tegenstandertjes meteen allemaal als dolle honden komen aanstormen trap ik de bal meteen hard terug helemaal naar de keeper. Controle nu. Bal in de ploeg houden. Langzaam aan kom ik beter in de wedstrijd en raak ik gewend aan de instabiele gravel ondergrond. Mijn schoeisel is verre van ideaal. De anderen inclusief Siaka spelen op van die plastic waterschoenen. Lijkt mij ook niet echt comfortabel, maar daarmee heb je wel meer balgevoel. Morgen ook kopen dus.
Zo’n tien minuten later: een teamgenoot van mij wordt achteloos opzij ge-elleboogd door een enorme verdediger, die wat wegheeft van Didier Drogba maar dan met een engere kop. Vrije trap lijkt mij zo, maar de scheids wil er niks van weten. Drogba’s grote broer haalt genadeloos uit en onze keeper krijgt de bal frontaal op de borst gepoeierd. Recht op de longen. Hij staat niet meer op en het ziet er niet best uit, maar de rest lijkt het niet eens door te hebben en het spel gaat in alle hevigheid gewoon verder. Men is hier wel wat gewend zo blijkt. Harde kerels hoor, die Burkinabè’s. De overtredingen liegen er over het algemeen ook niet om. Er wordt soms wel voor gefloten, maar kaarten worden hier natuurlijk niet uitgedeeld. Je kan zowat alles maken en men kent weinig genade. De blote ruggen schrapen regelmatig over het gravel.
Aan de kant staat overigens een redelijke hoeveelheid toeschouwers. Volgens Siaka komt dat alleen maar vanwege mijn deelname, maar dat geloof ik niet. Men volgt de wedstrijd met veel animo en de scheidsrechter wordt regelmatig belaagd met een scheldkanonnade in het Mori waar Koos Verstraten nog wat van kan leren. Dat was tijdens mijn bezoek aan een eredivisiewedstrijd in het Stade Municipal wel anders. De confrontatie CFO - Boulgou voltrok zich in een spookstadion. Men heeft hier totaal geen interesse in de lokale competitie. Als je daarentegen een wedstrijd van Barcelona wil bekijken in een lokale sportsbar dien je minstens een half uur eerder te komen vanwege de drukte.
Enfin, mijn voetbalwedstrijd gaat verder. Zo’n veertig minuten en nog wat tegengoals later is het corner voor ons. Ik sta bij de tweede paal en de bal begint aan een lange weg door de lucht met als eindbestemming precies de wreef van mijn rechtervoet. Twee stappen, niet nadenken, uithalen! Een heerlijke goal! Nee! Voordat ik de bal raak weet een of ander vervelend Afrikaans ventje er z’n grote teen nog tegenaan te krijgen. Ik trap lucht, verlies m’n evenwicht en stort in het stof. Alle Burkinezen gillen van plezier om de duikelingen van nasara, vooral dat ene mannetje dat mij belet te scoren. Wie is dat mannetje? Ja hoor, die vervelende Siaka natuurlijk.
Dan wordt het echt te donker en blaast dikkertje de scheidsrechter het eindsignaal. 6-1 voor het team van Siaka en daar ben ik helemaal niet blij mee. Maar een leuke pot voetbal was het wel. Dorst. Water! Iedereen drinkt uit emmers water. Hoewel de verleiding groot is lijkt het me toch niet zo verstandig om hier na mijn diarreeperiode water uit de pomp te drinken. Helemaal kapot en doordrenkt van het zweet strompelen Siaka en ik voldaan het veld af. Terug naar huis, waar een ijskast met koud bier op ons staat te wachten.
Burkina Faso moge dan wel een van de armste landen ter wereld zijn, op avonden zoals deze voelt men zich hier de koning te rijk. Iedereen dus en niet alleen de Hollandse nasara.
Siaka in Ajax-tenue.
Korsimoro terrain de football. (witte pet en blauw shirt op de achtergrond, dat ben ik)
Spookstadion Municipal.
De 100 meter: ‘Vous êtes prêt?’
Na een krachtmeting in het zwembad. ‘Oeiuoei! C’est trop froid! C’est pas honnête comme ça’.
Laat ook een berichtje achter! Maar gebruik geen enters, want dan doet-ie rien.